Ironman Bolton met een Hawaiiaans randje
Vijf man sterk is begin juli naar de Ironman Bolton in Engeland getrokken. Twee debutanten op de lange afstand en drie ancients. Voor een van de anciens zou het zijn laatste Ironman in zijn triatloncarrière zijn. Dat draait even anders uit. Eén woord: Kona. Een verslag van Maarten.
Hier het verslag van de wedstrijd van MTV tegen het universum. Een match die zou beginnen met enkele tegengoals maar die door een paar stevige comebacks toch nog zou eindigen met een klinkende overwinning voor het sfeervolste team van België.
Het universum begon 2 jaar geleden al met een eerste flinke tik, toen we onze inschrijving zagen uitgesteld worden omwille van het beruchte virus. Ook het jaar erop verhinderden strenge reisvoorwaarden onze deelname. Maar ondertussen konden we gelukkig ook onze delegatie versterken met enkele waardevolle spelers. Zo kwam het dus dat we met vijf atleten en één mecanicien-supporter-begeleider-enzoveelmeer onder het kanaal doken richting Bolton voor de Ironman UK.
Een vlotte rit en eerste kennismaking met het links rijdende eiland – ook op de fiets zou dat enig aanpassingsvermogen vergen – verliep zonder kleerscheuren. We checkten in in het hotel, dat gelukkig onze reservaties had ontvangen. Een grote geruststelling aangezien het universum er al voor had gezorgd dat ons oorspronkelijk verblijf eenzijdig werd geannuleerd en contact met booking.com niet bepaald vlot was verlopen. Het regenachtige weer nodigde niet echt uit om de autorit los te rijden, dus beperkten we ons tot een kleine wandeling naar het meer waarin we zouden zwemmen. Een mooie plas naast een golfterrein en op slechts 5 minuten wandelen van het hotel. We sloten de dag af bij de lokale Italiaan die ons snel tot zijn vast cliënteel zou kunnen rekenen.
Stevig fietsparcours
De dag erop stond een parcoursverkenning op het programma. Een blik op verschillende weerapps waarschuwde voor kans op buien, dus regenjas mee en niet te lang treuzelen om te vertrekken. Het fietsparcours begon met een aanloopstrook van een twintigtal kilometer tot in Bolton-centrum en dan een lus van een dikke 50 kilometer waarvan we driemaal mochten genieten. Terwijl we de eerste helling uit het centrum opkropen, maakten we kennis met het Britse wegdek: overal putdeksels, bobbels, putten en opgelapte stukken asfalt, vlot bollen zou het nergens doen op dit maanoppervlak. De volgende kilometers deden velen onder ons eens nerveus slikken, de ene korte helling volgde de andere op, geen enkel stuk om eens wat recupereren, dit zou een zwaar parcours worden.
Ondertussen kregen we ook nog de volgende tegenslag te verwerken, zowel Bram als Bavo hadden schakelproblemen en net op dit parcours was het nodig om constant op en af te schakelen. Stoppen aan de voet van elk klimmetje om manueel de ketting op het kleinste voorblad te leggen, hielp niet echt om de moraal hoog te houden. Het universum, nu aan de winnende hand, deed er nog een schepje bovenop door een wesp op Bram af te sturen en hem met een wespensteek en allergische reactie aan de kant te zetten. Een behulpzame Brit kon gelukkig wat helpen en even later waren we weer op pad. Het tweede deel van de lus was gelukkig iets minder zwaar, maar dat is natuurlijk relatief, want bijna op het einde moesten we nog een steile helling af, beneden een U-bocht maken en dan direct weer steil omhoog, Smithills, dit zou drie keer pijn doen in de wedstrijd!
Na een warme douche, het was niet helemaal droog gebleven, stond er nog behoorlijk wat sleutelwerk te doen aan de fietsen. Bavo verwisselde zijn cassette en Gino deed z’n uiterste best om de versnellingen in orde te krijgen. Ook Brams fiets werd vakkundig gefixt. Een kleine testrit en trip langs de apotheek om anti-allergische zalf voor de wespensteek en we konden weer afsluiten bij onze vertrouwde Italiaan.
Pre-wedstrijdstress
Dag drie, verkenning van het loopparcours, wat zouden ze nu weer uitvinden om ons te pesten? Het licht oplopende, verste stuk van de 10 kilometer lange lus hadden we al gezien op de fiets, dus deden we nu het gedeelte in het stadspark van Bolton. En na het fietsparcours van de vorige dag, gaf ook dit ons een reality check, er zat echt een steil stuk in dat ons nu, met frisse benen, al deed zweten. Het zou geen makkie worden! Vervolgens naar de registratie, om onze startnummers op te halen. De nummers werden toegewezen bij aanmelding, waardoor we allen opeenvolgende nummers kregen en dus naast elkaar stonden in de wisselzone, eindelijk nog eens een meevaller. Ondertussen kwamen ook de vrouw en kinderen van zowel Ward en Bram aan om de wedstrijd mee te beleven. Zij brachten ook een extra fiets voor Bram mee en nog wat sapjes van niet nader genoemde Ertveldse brouwers. De sfeer zat weer goed.
Dit was echter van korte duur, want de krachten spanden weer samen om onze deelname te verhinderen. Ditmaal kreeg Bram wat hoofdpijn en lichte koorts, met dank aan de Britse insectenvereniging. Vroeg in bed was dus het devies, maar natuurlijk eerst nog een bezoek aan Don Alberto voor een spaghettietje.
Het grote moment kwam nu snel dichterbij, de laatste dag voor de wedstrijd. Van de organisatie kregen we nog even de gelegenheid om het water te testen en werd er los gezwommen in het meer. Het water bleek toch wat aan de koude kant, maar gelukkig hier geen hoogtemeters. Na de deugddoende plons en een middagmaal terug naar Bolton om de goodiebag van Joyce, die wegens blessure niet kon deelnemen, te proberen verkrijgen. Na het falen van onze uitgebreid uitgedachte onderhandelingsstrategie lukte het Bavo toch nog met zijn overtuigingskracht de rugzak te bemachtigen samen met een bandje, dat Gino in staat zou stellen overal te komen waar de atleten konden komen. Alweer had het universum ons proberen te stoppen, maar was het niet gelukt.
Terug in het hotel propten we ons goed vol aan het buffet en dronken nog een ‘slaapmutske’ in de bar om dan op tijd te gaan slapen want ’s morgens was het vroeg opstaan.
1, 2, 3 start!
Eindelijk was dan de dag aangebroken! Na een stevig ontbijt bij het krieken van de dag begaven we ons naar de zwemstart. Terwijl iedereen de zenuwen onder controle probeerde te houden, staken we de bidons op de fiets, checkten nog een laatste keer de bandenspanning om ons dan op te stellen in het juiste startvak. Aangezien het een rolling start was, koos iedereen een vak naargelang de verwachte zwemtijd. Het universum kon het niet laten om nog snel even de middenvinger op te steken en een regenbuitje boven onze hoofden los te laten. Gelukkig moesten we niet lang wachten want de eerste triatleten doken in het water om stipt 6 uur en vervolgens elke paar seconden een tweetal andere, tot het hele deelnemersveld vertrokken was. Ward vertrok niet lang na de eerste zwemmers en een paar minuten later doken ook Bavo en Bram samen het water in, Even later volgde ik en tot slot sprong Seppe het meer in en was de Ironman begonnen.
Ward zwom een strakke tijd en kwam meteen vooraan in de wedstrijd uit het water voor de Australian exit; even op de oever lopen, het publiek groeten om dan weer het water in te duiken voor een tweede rondje. Daar werd hij dan wat gehinderd door de laatste, traag zwemmende, starters. Bavo en Bram zwommen ondertussen nog wat in elkaars buurt, maar Bram nam langzaam de leiding en kon als eerste van het tweetal de wissel inlopen. Ik had ook een zeer goede eerste ronde afgelegd en een blik op m’n horloge tijdens de Autralian exit, gaf me motivatie om ook het tweede rondje flink door te zwemmen. Toch had ik nog wat verval, maar was al bij al tevreden toen ik het lange eind naar de wisselzone liep. Het voordeel van een grote wisselzone die zich dan nog niet vlak aan het water bevind, is wel dat je tijd genoeg hebt om het bovendeel van je pak uit te trekken. Dampend trek ik dan mijn fietsschoenen en helm aan, records voor snelste of elegantste wissel breek ik zeker niet, maar ik ben toch blij dat ik aan het fietsen kan beginnen. Ook Seppe zit in z’n laatste zwemmeters en klokt toch af op een mooie tijd, zeker als je weet dat hij heel weinig tot geen zwemtraining heeft kunnen doen. Bibberend komt hij uit het meer en zal toch wat tijd nodig hebben om opnieuw warm te krijgen.
Klimmen, dalen, schakelen
Het vertrouwen in m’n fietsen is groot, ik voelde de laatste weken dat het goed zat en draaide dus het gas direct flink open. Het aanloopstuk naar Bolton was niet zo zwaar, al kan je het ook niet vlak of goed lopend noemen. De een na de andere fietser rij ik voorbij. Het geeft een goed gevoel om anderen in te halen en enthousiast begin ik aan het grotere klimwerk. Op de hellingen passeer ik steevast een hoop Britten maar in de afdalingen word ik soms ingehaald, toch daal ik liever voorzichtig op het verraderlijk wegdek dan risico’s te nemen. Ik win toch terug plaatsen als het opnieuw bergop gaat. Voldoende eten en drinken is niet evident, door het vele klimmen, dalen, schakelen en de vele bochten kan je je stuur niet vaak loslaten. Ik herken de baan die naar Smithills leidt en zet me schrap voor een eerste maal goed in het rood gaan. In de afdaling kruis ik Bavo die de klim al bijna boven is, Bram heb ik ergens gemist, we groeten elkaar enthousiast. Beneden draai ik 180 graden en begin aan de klim. Ik begin me zorgen te maken, als ik een veel sterker atleet als Bavo inhaal, ben ik dan niet te hard van leer aan het trekken? Zou ik niet beter wat meer doseren? Achteraf blijkt dat Bavo technische problemen heeft met z’n fiets, zijn pedaal komt steeds losser te zitten, en dus niet voluit kan fietsen. Ook realiseer ik me tijdens het klimmen dat het een bedrieglijk beeld geeft, doordat het een snelle afdaling is en je daarna heel traag klimt, lijken de afstanden tussen voorliggers en jezelf veel kleiner dan ze eigenlijk zijn. Boven draai ik af en begin aan het laatste stuk richting Bolton. De eerste ronde is voorbij gevlogen en als ik het centrum binnen rijd en de supporters zie staan, heb ik er veel plezier in. Ergens achter mij is Seppe ook aan het fietsen, hij gebruikt zijn verstand en houd het rustig in het klimmen, zeker niet opblazen, de wedstrijd is nog lang.
Teamies groeten
Ik hou liever wat meer druk op de ketel, riskanter, maar de benen voelen nog heel goed. Bij het begin van de tweede ronde zie ik dan een MTV-truitje voor me, het is Bram. Het duurt even voor ik hem te pakken heb, maar als ik hem dan uiteindelijk inhaal, maken we wat grappen, informeer ik of hij goed gezwommen heeft en rij dan met vernieuwde moed verder. Even later rijdt hij me opnieuw voorbij in een afdaling, maar de volgende helling ben ik definitief weg. Enkele kilometers verder rij ik ook Bavo voorbij als hij net een plasstop maakt. Gemotiveerd begin ik een tweede maal aan Smithills. Gino staat er langs de kant aan te moedigen en ook Bram en Bavo kruis ik terwijl zij afdalen en ik klim. Wat is het leuk om zoveel teamleden te zien tijdens de wedstrijd!
Opnieuw boven stretch ik de rug en stoom terug richting Bolton centrum. De Britten kunnen misschien geen deftige wegen aanleggen, maar supporteren kunnen ze als de beste, nog zelden zo luidruchtig en enthousiast publiek gezien, beetje vergelijkbaar met grote loopwedstrijden in Nederland. Op naar het derde en laatste rondje, de eerste twee zijn voorbij gevlogen. Ik begin toch de eerste krakjes te krijgen, bij elke afdaling voel ik de putten en schokken tot in m’n rug en ik moet toch regelmatig stretchen. Halverwege de laatste ronde haalt Bavo me dan terug in. Hij laat zijn technische problemen niet aan zijn motivatie knagen. Hij weet me ook nog te vertellen dat Ward ondertussen in twaalfde positie aan het fietsen was. Twaalfde positie, in een internationale wedstrijd, op een deelnemersveld van bijna 2000 man! Ik viel bijna van m’n fiets, ik wist dat hij zeer goed in form was, maar dat het zo goed ging zijn, had ik toch niet verwacht. Het nieuws gaf een enorme boost. Het was precies of de benen kregen 5 procent meer kracht. Jammer genoeg begon de rug wel meer en meer pijn te doen. Op één helling stond een groep Engelsen verkleed als worstelaars grote ambiance te maken, het gaf telkens veel moed en ook nu deed het even de rug vergeten. Toch telkens ik power moest zetten om te klimmen of het tempo hoog te leggen, werd de pijn in de rug moeilijker te verdragen. Het voortdurend stretchen haalde mijn tempo ook flink naar beneden. Ik verwachte Bram dan ook elk moment terug te zien, en inderdaad niet veel later kwam hij me ook voorbij. Enkele bemoedigende woorden konden me nog wat opbeuren, maar verder was het zo goed mogelijk overleven tot aan de tweede wisselzone.
Marathon
Toen ik in de wisselzone aankwam, waren Bavo en Bram al aan het lopen begonnen. Seppe was de Britse heuvels nog aan het temmen. Ik zette m’n fiets weg en probeerde de rug weer wat los te krijgen. Een korte stop in de Dixi en ik begon aan het laatste onderdeel. De eerste kilometers zijn sowieso altijd lastig, maar ik was toch vooral blij dat de rug me niet hinderde bij het lopen. In het centrum kwam ik direct al op een van de vele straten waar je de andere atleten kon zien in de tegengestelde richting, toch een van de grote troeven van deze wedstrijd. Hier had ik het geluk om zowel Bavo als Bram te zien, we zaten nog steeds dicht bij elkaar. Ik vond een goed ritme en liep het park in, waar ik de eerste maal stevig bergop mocht. Terwijl de hellingsgraad m’n adem afsneed, werd ik enthousiast aangemoedigd door Lies, Sofie, Bert en Laure. Uit het park bleef het nog bergop gaan, maar nu minder steil. Het duurde even voor ik de ademhaling weer onder controle kreeg, maar vond daarna een tempo dat ik kon vasthouden. Het ging goed. Vanuit de tegenovergestelde richting kwamen triatleten gelopen die het keerpunt al waren gepasseerd, ik ontwaarde opnieuw een MTV-tenue, het was Ward die nog volledig in controle leek en er stevig de pees op legde. Hij was de derde atleet van zijn leeftijdcategorie en kon dus een prestigieus ticket voor het wereldkampioenschap in Hawaï bemachtigen. Luid probeerde ik hem aan te moedigen en hoopte vurig dat hij geen plaatsen meer zou verliezen. Wat een fantastische race was hij hier aan het afleggen! Enkele kilometers later zag ik ook de twee anderen, Bram was wat ingelopen op Bavo en zou hem weldra voorbij lopen.
Kramp!
De Engelse worstelaars stonden nu langs het loopparcours en waren nog vol energie iedereen vooruit aan het schreeuwen. Ook andere locals maakten heel veel sfeer, al dan niet met behulp van enkele liters bier. Ik was tevreden met het tempo dat ik uit mijn benen kreeg, bergop iets trager, maar bergaf was het vliegen. Bram, die de dagen voor de wedstrijd zich al niet honderd procent fysiek goed voelde, kreeg nu te kampen met maagkrampen. Maar wat het universum ook kon bedenken, MTV’ers zetten door en in ware Bramstijl klaagde hij niet en nam gewoon trouw elke 5 kilometer z’n gelletjes waarna hij even een toilet in moest duiken om dan weer verder te lopen. Ook bij Bavo begon het zware parcours z’n tol te eisen en werd het stevig op de tanden bijten om niet te vertragen. Het is normaal dat een Ironman pas echt lastig begint te worden in het laatste deel van de marathon.
Ik moest ook vechten om goed door te lopen en net op het moment dat ik Seppe zie binnenrijden op de fiets, schiet een stevige kramp in m’n dij. Seppe moedigt me enthousiast aan, maar ik kan niets terugroepen omdat een pijnscheut door m’n been schiet. Even stoppen en dan stappen, gelukkig is de volgende bevoorradingspost maar enkele honderden meters verder. Ik neem zoveel mogelijk water en sportdrank aan, omdat ik denk dat de kramp door uitdroging komt. De pijn trekt snel weg en ik begin weer te lopen, wat gelukkig lukt. Bergop lopen wordt echt zwaar en ik begin te beseffen dat ik wellicht iets te geweldig ben gestart in het lopen. Bergaf is dan weer een verademing. Ook Bavo krijgt het stillaan lastig en wandelt even in de bevoorradingen om voldoende te kunnen eten en drinken. Bram lijkt meer in the zone te zitten en vertraagt enkel om een Dixi in te duiken. Ik kruis Seppe opnieuw en zie dat hij nog vlot loopt, hij is goed bezig.
Aan de finish moet Ward er ondertussen nog een sprint uitpersen om zijn derde plaats in de leeftijdscategorie veilig te stellen. Een emotionele uitbarsting volgt, hij heeft het klaargespeeld om zijn positie te behouden en loopt als twaalfde over de finish, een ongelofelijke prestatie. Ook Bram, Bavo en ik, die de hele race in ‘kudde’ hebben afgelegd, duwen de laatste kilometers door en lopen enige tijd later onder de finishboog door. Ik ben moe, Bram lijkt goed leeg te zijn en ook Bavo is duidelijk vermoeid. Ik tref hen aan bij de massagetafels in de finishzone. Direct worden de verhalen van de wedstrijd met elkaar gedeeld. Wie zegt dat triatlon geen teamsport is, kent er niets van. We zoeken de supporters op en volgen onze hekkensluiter Seppe op de tracker. Hij krijgt het ook ferm lastig in het tweede deel van de marathon, maar zet door en na wat geduld staan we langs de zijlijn klaar wanneer hij over de rode loper komt. Door de boxen horen we “Seppe Lanckriet, you are an ironman” en zo zijn alle MTV’ers binnen. Allen hebben het avontuur tot een goede einde gebracht en bewezen wat ze waard zijn. Vanaf nu kunnen Bram en Seppe zich ook ‘Ironman’ noemen en dat op één van de zwaarste wedstrijden van het circuit.
We rijden terug naar het hotel en gooien onderweg nog een hamburger op de, van gellekes en suikers geplaagde, maag. In de bar praten we nog flink na bij een stevige pint, tot de vermoeidheid ons te pakken krijgt en we de mooie lange dag afsluiten. Over de hele lijn een klinkende overwinning voor MTV, eat that! universum.
Hawaï, here MTV comes!
De volgende dag staat nog één afspraak op het programma, de podiumceremonie. Na het ontbijt strompelen we met stramme spieren, het was echt een pittige wedstrijd, naar de auto en zijn we net op tijd in de town hall, waar de ceremonie plaatsvindt. De zaal zit niet zo heel vol, velen zijn wellicht op deze maandag al naar huis, dus vinden we een goede plek midden in de zaal. We krijgen eerst een mooie fotoreeks van de vorige dag te zien en dan worden één voor één de winnaars naar voren geroepen, eerst de algemene winnaar bij de mannen en de vrouwen en dan per leeftijdscategorie. Bij de categorie 40 tot 44 is het aan Ward, hij mag het podium op om zijn trofee in ontvangst te nemen. Nadien volgt nog een filmpje over het wereldkampioenschap Ironman in Hawaï en worden de slots uitgedeeld. Voor elke leeftijdscategorie zijn er een aantal slots te verdelen (naargelang de grootte van de groep) en worden de namen van de finishers afgeroepen te beginnen met de snelste. Wanneer een atleet een ticket naar Hawaï wil, komt die dan naar voren om zijn slot te claimen. Als een atleet z’n slot niet wil, gaat het over naar de volgende atleet in de ranking. Ward was al zeker van zijn ticket, omdat er zes voor zijn categorie waren en hij derde was. Hij had dus al kunnen nadenken of hij wel in oktober naar Hawaï wilde en het toch wel fikse bedrag voor een ticket wilde betalen. Onder luid applaus claimde hij zijn ticket. Er ging een MTV’er naar het wereldkampioenschap! Alsof dat nog niet mooi genoeg was, weigerden sommige finishers hun slot en kwam er zo dus ook een ticket in de schoot van Bavo terecht. De Ironman in Hawaï, iets waarvan hij slechts in z’n stoutste dromen van mocht dromen, lang moest hij dus niet twijfelen om ook zijn ticket te claimen. Nog beter, twee MTV’ers naar het wereldkampioenschap! Ook Bram, die vlak voor Bavo in de uitslag stond, zou kunnen gegaan zijn, maar hij was niet aanwezig om z’n ticket te claimen. En zo ook ik want in mijn leeftijdscategorie schoven eveneens wat slots door naar beneden. In de categorie van Seppe gebeurde net hetzelfde. Seppe twijfelde nog even, aanvaarde het ticket, maar bedacht zich dan toch.
We waren met vijf atleten naar Bolton afgezakt en hadden ons allen geplaatst voor het WK, van een geslaagde uitstap gesproken! Een kers op de taart die de week met Team Bolton 2022 toch wel was. Ik ben blij dat ik deel mag uitmaken van zo een tof en sterk team. En nu, volgende stop, Hawaï, doe dat daar goed Ward en Bavo!
Maarten